Walter van Bierbeek werd omstreeks 1160 geboren als zoon van Walter I, heer van Bierbeek. Deze adellijke familie hadden niet alleen Bierbeek maar ook nog enkele andere lenen in bezit en was verbonden met de Hertogen van Brabant. Iwein van Bierbeek schonk in 1189 de dorpskerk aan de abdij van Sint-Nicaise te Reims.
In zijn jeugd was Walter waarschijnlijk schildknaap van de hertog van Brabant en hij nam deel aan de derde kruistocht (1189-1192) die mislukte. Ontgoocheld keerde Walter naar Bierbeek terug en trad later als lekebroeder in het Cisterciënzerklooster te Himmerod (Rijnland-Pfalz) waar hij in 1224 overleed.
In de rechterzijbeuk van de Sint-Hilariuskerk staat een glasraam met 2 medaillons die belangrijke episodes in het leven van de zalige Walter afbeelden: Walter die het gouden kruis op het altaar ziet als aansporing om op kruistocht te gaan en Walter die Onze-Lieve- Vrouw vereert als monnik. In 1953 werd een Walter-klok in de toren opgehangen ter vervanging van een door de Duitse bezetter vernielde klok. In 1998, n.a.v. het 125 jarig bestaan van het dekenaat Bierbeek, werd een gedenksteen van de hand van Maria De Backer-Evers opgericht naast de kerk.
De heren van Bierbeek
Op 13 mei 1106 gaf de Duitse koning de titel van Hertog van Neder-Lotharingen aan Godfried met de baard, graaf van Leuven. Hij begon aan de vorming van het hertogdom Brabant, dat zich uitstrekte over Vlaams-, Waals-Brabant maar ook over het grootste gedeelte van de huidige provincie Antwerpen en de Nederlandse provincie Noord-Brabant. Ook het graafschap Bruningerode, dat een twistappel was tussen de graaf van Leuven en de prinsbisschop van Luik, werd in leen gegeven. Een tak van de hertogelijke familie waren de heren van Bierbeek.
Stamvader was Hendrik van Bierbeek, die huwde met de dochter van de adellijke familie van Gosselies. Uit het geslacht kwam niet alleen de Zalige Walter voort, maar ook nog een tiental abten en abdissen, o.a. bij de abdijen van Park, van Nijvel, van Vorst en van Pont-à-Celles. Naast de ruime omgeving van Bierbeek (tot Hamme-Mille en Sint-Joris-Weert) strekte het familiebezit zich uit over Oost-Brabant (Budingen, Kortenaken, Hoeleden en Melkwezer) en Waals-Brabant (Linsmeau, Wastines, Opprebais, Hévillers – waar overigens nog de donjon van Bierbais" staat).
Vanaf 1284 verdeelt Jan I van Brabant zijn grondgebied met zijn broer Godfried, die naast Aarschot ook het land van Bierbeek in handen krijgt. In 1303 trouwt Aleidis van Brabant met Jean de Harcourt en komt Bierbeek in handen van de familie de Croy.
In Bierbeek getuigen enkele straatnamen (Bruningerodeplein, Adelahof) naar dit beroemde geslacht.
Meer info over de Zalige Walter in het boek Twaalf parochies in de kijker: 125 jaar dekenaat Bierbeek. Uitgave: werkgroep Walter Bierbeek (uit te lenen in de bib).