De Sint-Sebastiaansgilde

De middeleeuwen waren gevaarlijke tijden voor gewone mensen. Gelukkig waren er broederschappen of gilden waarin mensen van hetzelfde gehucht, dorp of van dezelfde beroepsgroep zich verenigden om elkaar te helpen en te beschermen tegen plundering, brandstichting of ander onheil.

Ontstaan schuttersgilden

Vaak hadden deze gilden ook een gewapende vleugel of een schuttersgilde. Deze kregen met een charter de mogelijkheid om wapens te dragen en te gebruiken om de dorpsgemeenschap te beschermen. Eerst gebeurde dit met handbogen, later kwamen de voet- of kruisbogen en nog later konden de schuttersgilden zich uitrusten met haakbussen, donderbussen en andere vuurwapens.
Om goed te kunnen oefenen richtten deze gilden ook regelmatig schieterijen in, waarbij men elkaar sportief bekampte. De beste schutter mocht zich voor een bepaalde tijd koning noemen van de gilde. Bij deze schutterij hoorde uiteraard ook een godsdienstige plechtigheid en … een volksfeest. Om de 7 jaar organiseerden de hoofdgilden, waarvan die van Leuven de belangrijkste van Brabant was, een landjuweel. Bij deze festiviteiten hoorden ook andere wedstrijden, zoals voor welsprekendheid … en zo werd het landjuweel een competitie die nog altijd bestaat onder toneelverenigingen.

De Sint-Sebastiaansgilde

Ook het ontstaan van de gilden in Bierbeek dateert uit de middeleeuwen. Het was in 1553 dat de hertog van Arenberg Jan De Ligne de Sint-Sebastiaansgilde stichtte. Enkele jaren later, in 1570, werd ook een vrouwengilde in het leven geroepen, de Sinte-Catharinagilde, maar 20 jaar later smolten beide gilden samen tot de Sint-Sebastiaansgilde.
Eén van de voorwaarden tot opname van de vrouwelijke Sinte-Catharinagilde in de mannengilde was dat het zilveren schild met vogelroede, dat als braak diende, voor altijd gehecht zou worden aan de braak van de Sint-Sebastiaansgilde. Vanaf 1590 bestond de gilde dan ook hoofdzakelijk uit getrouwde echtparen en weduwen of weduwnaars van overleden gildebroeders of gildezusters.

De braak van de gilde

Een braak of breuk is een sierketting met zilveren platen, gedragen door de koning van de schuttersgilde. De braak van de gilde Sint-Sebastiaan van Bierbeek bestaat uit een zilveren ketting waaraan een prachtige zilveren medaillon van Sint-Sebastiaan gehecht is. Ook de hogergenoemde braak van Sinte Catharina en de wapens van de hertog van Arenberg en de versierselen van de orde van het Gulden Vlies, maken deel uit van de braak. De orde, ongeveer de belangrijkste van die tijd, werd in 1430 ingesteld door Philips de Goede, Hertog van Boergondië ter gelegenheid van zijn huwelijk te Brugge.
Op de feestdag van Sint-Sebastiaan, 20 januari, werd jaarlijks een mis opgedragen voor de overledenen van de gilde. Daarna was er een teerfeest met lekker eten en dito drank, dat meestal tot de vroege uurtjes voortduurde. Elke vier jaar, op Onze-Lieve-Heer-Hemelvaart, werd er een koningsvogel geschoten. Wanneer de nieuwe koning gekend was, begaf men zich gezamenlijk naar de kerk waar de relikwie van Sint Sebastian vereerd werd en de grote klok geluid werd ter ere van de nieuwe koning.

En verder?

Na de Tachtigjarige Oorlog (1568- 1648) verloren de schuttersgilden hun oorspronkelijke betekenis en tijdens de Franse overheersing (1795-1815) werden ze zelfs afgeschaft. Vele gilden bleven evenwel clandestien bestaan en tijdens het Nederlands bewind (1815- 1830) was er een heropbloei van de samenwerking tussen de Zuid- en de Noord-Brabantse gilden.
In 1953 vierde de Sint-Sebastiaansgilde van Bierbeek haar 400-jarig bestaan. In 1971 werd een volksdansgroep opgericht en in 1978 kreeg de gilde de toelating om zich koninklijk te noemen. In 1995 schonk de gilde een nieuw Sint-Sebastiaansbeeld, gebeeldhouwd door Nico Bruffaerts uit Neerijse, aan de Sint-Hilariuskerk. Het oude 17de eeuwse beeld was immers verdwenen in de jaren 1960.
Omdat er nog weinig leden overbleven en er weinig jongeren geïnteresseerd waren, staakte de Sint-Sebastiaansgilde haar activiteiten. De meer dan 200 jaar oude vlag, de braak en enkele uniformen werden in bruikleen gegeven aan de gemeente. Alleen het gulden boek van de vereniging blijft zoek.