De aanleg van de Tiensesteenweg

In het begin van de 18e eeuw moet er een onwezenlijke rust gekomen zijn over de dorpskernen van Korbeek-Lo en Lovenjoel. Voor die tijd passeerden reizigers, handelaars en andere passanten, onderweg van Brussel of Leuven naar Tienen, Luik of het Rijnland, via de dorpen en gehuchten. Zij volgden te voet of met paard en kar de smalle, slingerende en onverharde weg: via de Oude (Tiense) Baan naar Korbeek-Lo, langs de Biest naar Lovenjoel, verder via de Keizerstraat, door het huidige park van Salve Mater, langs de Heerbaan, de huidige Kerselaarlaan, om via de Latstraat Boutersem te bereiken.

AANLEG VAN DE ?STEENWEG?

Rond 1710 begon de aanleg van de huidige steenweg in Leuven en men bereikte Tienen in 1715. Deze steenweg verving een oude heerweg. De nieuwe weg was recht en vermoedelijk met kasseien verhard en er werden bomen geplant langs de beide zijden van de weg. In de volgende decennia zouden, naast de bestaande grote en geïsoleerd gelegen pachthoeven, een aantal herbergen en grotere huizen opduiken vlak naast deze nieuwe tolweg. Toch was niet iedereen gelukkig in 1710.

LAAT DE BOMEN STAAN

In de dagboeken van Christian de Spoelberch, de toenmalige heer van Lovenjoel, lezen we hoe hij zich ergerde omdat hij zoveel bomen verloren had bij de aanleg van deze nieuwe verbindingsweg. De Oostenrijkse administratie, die de aanleg bevolen had, decreteerde inderdaad dat voor de aanleg van bruggen en voor het verstevigen van het wegdek het nodige hout gekapt mocht worden in de onmiddellijke nabijheid van het tracé. En de Spoelberch had blijkbaar nogal wat bomen staan...
Op 29 juli 1705 vermeldde hij in zijn dagboek dat hij in het geheel 1200 bomen verloor, niet alleen in Lovenjoel maar ook op de vesten te Leuven.
Ook de dorpelingen waren niet echt gelukkig. Velen hadden immers een handeltje opgezet en verdienden een goed belegde boterham aan de reizigers, door hen onderdak te verschaffen, hen te voorzien van eten en drinken, om de paarden te laten rusten of te verzorgen. Zij verloren hun bron van inkomsten.

NIEUWE OPPORTUNITEITEN

Al zeer snel verplaatste deze handel zich naar de nieuwe baan. Er kwamen grote herenhuizen en afspanningen, die de rol van de oude herbergen overnamen en waar men een rustplaats vond voor reizigers en paarden. In sommige herbergen langs de steenweg kon de reiziger zelfs terecht voor vrouwelijk gezelschap.
Wie goed oplet kan nog enkele van deze afspanningen terugvinden langs de steenweg. Al zijn de meeste in de loop der jaren afgebroken of verbouwd.
Vanaf de jaren 1960 kon elk gezin zich een auto aanschaffen en werd het verkeer veel drukker. In 1973 werd, parallel aan de Tiensesteenweg, de E40 aangelegd voor doorgaand verkeer van Brussel naar Luik. Bierbeek kreeg geen afrit, het nabijgelegen Haasrode en Neervelp wel. Aan de Tiensesteenweg ontstond vanaf dan een economisch lint van winkelketens en handelszaken.