Architect Willy Van Der Meeren

In het Herman Teirlinckgebouw van de Vlaamse Overheid in Brussel zijn de vergaderzalen vernoemd naar belangrijke figuren in de geschiedenis van ons land. Zo is er ook een zaal genoemd naar Willy Van Der Meeren. Maar wie was deze gigant uit de recente architectuurgeschiedenis? En wat is zijn band met Bierbeek?

Een modernist pur sang

Willy Van Der Meeren (°1923) studeerde korte tijd geneeskunde maar koos al snel voor architectuur. De doorsnee student trok hiervoor naar Sint-Lucas Brussel, waar de nadruk lag op de studie van de klassieke stijlen. Dat lag Van Der Meeren niet, in een periode waarin art-nouveau als moderne stijl lang passé was en de art-deco in ons land al een tijd ingeburgerd. Hij stapte over naar Ter Kameren, het bastion van de modernistische architectuur, waar ongebreideld geloof in de vooruitgangsidee gecombineerd werd met maatschappelijke dienstbaarheid. Willy Van Der Meeren nam die architectuurfilosofie gretig op, maar ging niet volledig op in die beweging. Zijn kenmerk bij uitstek is dat hij alle aandacht besteedde aan minimalisering van de economische kost van het bouwproces. En die kostenreductie was noodzakelijk om - in volle heropbouwperiode na WOII - iedereen een betaalbare woning te
kunnen geven.

Het bouwvolume als kleinste bouwsteen

Met zijn voorliefde voor eenvoudige driedimensionaliteit als bouwblok voor betonconstructies, introduceerde hij de prefab-elementenbouw. Die elementen werden in fabrieken vooraf klaargemaakt, en konden dus op heel korte tijd op de bouwplaats in elkaar gezet worden. Arbeid was duur, het metselen van bakstenen muren tijdsintensief. Van Der Meeren dacht niet in bouwmateriaal, hij dacht in volumes, die vooraf klaargemaakt op de werf stapelbaar waren. Deze modulaire architectuur was nieuw, en kwam over vanuit Zwitserland, waar ze ontwikkeld werd door Fritz Stucky in de jaren 1950. Stucky commercialiseerde deze modulaire prefabbouw onder de naam Variel en de bouwelementen werden geproduceerd in verschillende Europese landen.

Vanaf 1969 tot 1981 realiseerde Van Der Meeren zelf vijf projecten met Variel. Omdat hij vanuit zijn sociale bewogenheid wilde bouwen voor de massa, vinden we zijn werk in deze periode vooral terug in grootschalige projecten. Eén van zijn topwerken is de campus met studentenwoningen aan de Vrije Universiteit Brussel, die nu een herbestemming heeft gekregen maar waarvan de bewaarde gebouwen nog steeds de architectuurkenner doen smullen.

Zijn eigen woning 

Trouw aan zijn eigen sociale principes, bouwde Van Der Meeren in 1955 zijn eigen woning in het Vierwindenbinnenhof in Tervuren. Zijn huis maakte deel uit van acht woningen, geritmeerd in drie afzonderlijke woonblokken, midden in het groen. Het is een zogenaamde EGKS-woning (Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, de voorganger van de Europese Unie). Ze werd beschermd als monument in 2008. Naast deze in het Vierwindenbinnenhof, zijn er nog twee EGKSwoningen bewaard, één met metalen portiek in het Waals-Brabantse Ohain, en één portierswoning met betonnen constructie in Leuven.

Meubelen

Van Der Meeren ontwierp ook meubelen voor het grote publiek. Eenvoudig, gemaakt uit gelijmd hout en constructief metaal, zijn de Boomerang-bijzettafeltjes van zijn hand iconisch geworden. Felle kleuren geven deze meubelen een eigentijds en tijdloos cachet.

Korbeek-Lo

Hoe Van Der Meeren in Korbeek-Lo verzeilde, daar weten we niets over. Hij stierf in 2002, en vond zijn laatste rustplaats op de gemeentelijke begraafplaats van Korbeek-Lo. Zijn grafmonument, een onbewerkte grafplaat in blauwe hardsteen met naam en geboorte- en sterfdatum, is eenvoudig en past helemaal bij zijn sociaal geëngageerd leven. Het lijkt er op dat hij quasi anoniem de gemeenschap van de doden heeft vervoegd.

De Gemeentelijke Erfgoedraad is bezig met de inventarisatie van alle begraafplaatsen en dat leidt tot de vraag: weet iemand waar deze gigant van de Belgische architectuur zijn laatste levensfase heeft doorgebracht?

Foto: Agentschap Onroerend Erfgoed

Weet je meer over Willy Van Der Meeren zijn tijd in onze gemeente? Of hoe hij er verzeilde? Neem dan contact op met Liebrecht Salen via liebrecht.salen@telenet.be